DNA-onderzoek van kankercellen
In kankercellen zitten veranderingen in het DNA waardoor die cellen niet meer stoppen met groeien en delen als er genoeg van zijn. Zo kan een kwaadaardige tumor (een kwaadaardig gezwel) ontstaan.
Als je kanker hebt, onderzoekt de dokter vaak de kankercellen. Ook het DNA in de kankercellen kan onderzocht worden. Maar waar kijken ze dan precies naar?
Soorten DNA-onderzoek
Er zijn verschillende soorten DNA-onderzoek van kankercellen die gedaan kunnen worden. Zo kan DNA-onderzoek van kankercellen gedaan worden om:
- Kenmerken van tumoren te bepalen. Er kunnen veranderingen in het DNA gevonden worden die iets zeggen over hoe de kanker zal verlopen, of over welke behandeling het beste is. Het gaat hier om veranderingen in het DNA die alleen in de kankercellen zitten. Dat heet een somatische mutatie. Somatische mutaties zijn niet erfelijk.
- Om te onderzoeken of iemand een erfelijke aanleg voor kanker heeft. Dan is iemand geboren met veranderingen in het DNA waardoor iemand meer kans heeft op bepaalde soorten kanker. Deze veranderingen in het DNA zitten in alle cellen, ook in ei- en zaadcellen. Deze kunnen dus doorgegeven worden aan kinderen. Hoe groot de kans is dat een kind de erfelijke aanleg erft en hoe groot de kans op verschillende soorten kanker dan is, verschilt per soort verandering in het DNA. Een erfelijkheidsarts (klinisch geneticus) en de oncoloog kunnen hierover meer informatie en adviezen geven.