Overslaan en naar de inhoud gaan

Cantú syndroom

Iemand met het Cantú syndroom heeft bepaalde kenmerken in het gezicht, meer haar op het lichaam en problemen met het hart. De oorzaak is een afwijking in een gen. De klachten verschillen van persoon tot persoon. 

In hun gezicht lijken kinderen met het Cantú syndroom op elkaar. Hun hoofd is vaak groot. De neus is breed. Meestal is de mond wijd en hebben ze volle lippen.

Mensen met Cantú syndroom hebben meer haar op lichaam en hoofd. Ze hebben dik haar op hun hoofd en haar op hun voorhoofd en op hun wangen voor hun oren. Ook op de rug, armen en benen kan meer haar zitten. 

Baby’s met Cantú syndroom worden vaak geboren met hartproblemen. Het hart kan groter zijn. Soms zit er een gaatje tussen de grote lichaamsslagader (aorta) en de longslagader (open ductus Botalli). Dit gat hoort dicht te gaan binnen enkele uren tot drie dagen na de geboorte. Ook kan de baby vocht rondom het hart hebben. Soms is de bloeddruk in de longslagader te hoog (pulmonale hypertensie). 

Verder zijn baby’s met Cantú syndroom vaak groot bij de geboorte. Delen van hun lichaam kunnen dikker zijn (opgezwollen). Er kunnen diepe lijnen in de handpalmen en voetzolen zitten. Vanaf de kinderleeftijd heeft iemand met Cantú syndroom vaak minder vet onder de huid. Ook kan diegene vaker een ontsteking krijgen aan de luchtwegen. Verder kan de rug krom groeien (scoliose). Soms zijn de botten minder sterk (osteopenie). 

Kinderen met Cantú syndroom voelen vaak slap aan. Daarom leren ze meestal later zitten en lopen. Ook gaan ze vaak iets later praten. Mensen met Cantú syndroom hebben meestal een intelligentie zoals iedereen. 

Heb je een vraag? erfolijnaterfocentrum.nl (subject: Vraag, body: Mail%20ons%20uw%20vraag%3B%20binnen%205%20werkdagen%20ontvangt%20u%20een%20antwoord.%20%0A%0AMijn%20vraag%20is%3A%20%0A) (Mail) ons.

ALLES SLUITEN